Naar hoofdinhoud
Théâtre National Wallonie-Bruxelles

De slag bij Kirina

© Philippe Magoni

Wat ook een grote invloed heeft gehad op de creatie van Kirina, is het essay van Felwine Sarr Afrotopia (2016) waarin hij de Afrikanen aanmoedigt om hun eigen visie te ontwikkelen omtrent de invulling van de politieke, economische, culturele, symbolische en milieu gerelateerde aspecten van hun maatschappij. In plaats van zich een toekomst te verbeelden binnen het opgedrongen keurslijf van de (neoliberale kapitalistische) ideologieën, moeten de gemeenschappen, volgens Sarr, reflecte- ren vanuit hun eigen culturele geschiedenis en hun plaats in de geglobaliseerde wereld ontwikkelen vertrekkende vanuit die lokale verbeelding. Volgens deze Senegalese economist en academicus, kan Afrika de wereld een nieuw “beschavingsproject” bieden dat meer respect heeft voor mens en milieu, op voorwaarde dat Afrika door een “diepgaande culturele revolutie wil gaan en de vernieuwing dat in haar schoot ontspruit, het levenslicht laat zien.” “De dag van vandaag”, zo zegt Sarr, “zijn we vervuld van vele verhalen over de wereld, maar weinig verhalen zijn Afrikaans. Ze worden minder verteld en spreken minder tot de wereldwijde verbeelding.”

Verrijkt door de lectuur van Sarr’s boek en hun persoonlijk gesprekken sinds 2017, besluit Serge Aimé Coulibaly om een populair, gemythologiseerd West-Afrikaans verhaal te nemen als basis voor zijn creatie. De slag bij Kirina (C.1235) bleek een interessant vertrekpunt te zijn omdat het qua motie- ven en thema’s nog steeds actueel en universeel is. Het verhaal van de strijd wordt herverteld in het Epos van Sundiata, afkomstig uit de orale traditie en over de generaties heen verteld door de griot dichters. Het wordt wijdverbreid beschouwd als het nationale epos van Mali.

Een tweede belangrijke reden waarom Coulibaly dit epos koos ter inspiratie van zijn nieuwe creatie, is onomwonden zijn initiële woede over het kortzichtige hedendaagse beeld dat bestaat van de mi- grant en zijn achtergrond en de gangbare vooroordelen over zijn culturele en intellectuele onderontwikkeling. Volgens het Epos van Sundiata, werd het Handvest van Manden of de grondwet van het Keizerrijk Mali, opgesteld na de Slag bij Kirina tijdens een vergadering van edelmannen die waren bijeengeroepen om een nieuwe regering te vormen voor het nieuwgevestigd keizerrijk. Volgens de mondelinge overlevering van de griot dichters, bepaalde dit handvest de federatie van de Mandinga clans onder één regering, stipuleerde het de beleidslijnen en legde de wetten vast die door iedereen moesten worden nageleefd. Dit Afrikaanse handvest uit de 13de eeuw wordt door velen gezien als een eerste versie van de verklaring van de mensenrechten, lang voor de Europese versie die volgde op de Franse Revolutie zo’n 500 jaar later.

Coulibaly’s keuze voor het Epos van Sundiata als basis voor zijn creatie leidde tot de samenwerking met componist Rokia Traore. Wie anders dan deze hedendaagse Afrikaanse stem is meer geschikt om de intense energie van deze lange overlevering en de mogelijke verbanden met de hedendaagse realiteit te belichamen? Weinig artistieke carrières zijn terzelfdertijd zo vrij en zo verankerd in traditie. Men heeft Traore meer dan eens uniek genoemd, post-traditioneel, mutant door het schijnbaar gemak waarmee ze zich begeeft op onbekende kruispunten, zich laat leiden door een samenkomen van toeval en persoonlijke geschiedenis. Haar muziek was essentieel voor de creatie van dit nieuwe epos dat zijn oorsprong vindt in de oude tradities maar het uiteindelijk heeft over de wereld van vandaag.
 

— Sara Vanderieck, dramaturge (2018)

 

 

© Gloria Scorier