Naar hoofdinhoud
Théâtre National Wallonie-Bruxelles

Ontcijferen de taal van de bomen

La Mémoire des arbres / Fabrice Murgia, Dominique Pauwels / interview, part III

Waarnaar verwijst de titel van het stuk, The Memory of Trees?

Dominique Pauwels: In een voorstelling probeer ik altijd de beeldende en poëtische dimensie op te zoeken; dat is ook de ruimte waarin de muziek een plaats krijgt. In Rusland hebben we veel met de auto gereden en heel uitgestrekte bossen doorkruist. Er zijn prachtige wouden die floreren, ondanks hetgeen we weten over de nog altijd aanwezige straling en verontreiniging. Heel af en toe zie je een klein verroest bordje dat je eraan herinnert dat dit een gevaarlijk radioactief gebied is, maar de bomen en wouden zijn mooi en groeien alsof er niets aan de hand is.

Fabrice Murgia: En toch is dat waarschijnlijk een van de meest besmette plaatsen ter wereld.

Dominique Pauwels: Ja, als je dat woud binnenstapt en er lang genoeg blijft, sterf je – zo simpel is dat. En nochtans zijn die immense berkenbossen ongelooflijk mooi, helemaal wit … We zeiden tegen elkaar dat die bomen misschien blij zijn dat ze verlost zijn van de mensen. Want er leeft niemand, er zijn zelfs amper nog dieren. Tenminste, net na de ramp zijn alle dieren gestorven. En die bomen hebben alles meegemaakt, ze hebben alles gezien, ze zijn zo oud … Ze waren er al voor de ramp en ze zullen er nog lang na ons zijn … En als je ze ziet, besef je dat het niet erg is als er geen mensen meer zijn.

 

Kunnen we dan zeggen dat de muziek de stem is die het standpunt van de bomen uitdrukt?

Dominique Pauwels: Niet echt, de muziek staat op een meer algemeen poëtisch niveau.

Fabrice Murgia: Dat heeft ook onze belangstelling gewekt voor de theorieën – of liever de erkende wetenschappelijke inzichten – over de manier waarop bomen ‘denken’, met elkaar communiceren, solidair handelen… Peter Wohllebens Het verborgen leven van bomen, bijvoorbeeld, heeft ons geboeid. Over hoe bomen met hun gekraak en via het fijne wortelstelsel met elkaar kunnen praten, elkaar kunnen waarschuwen …

Er is dus enerzijds de geheimzinnige en verborgen wereld van de gesloten stad; we zien die door de ogen van een wetenschapper die de geschiedenis onderzoekt en probeert te weten te komen waarom iedereen zo jong sterft. Anderzijds zijn er de natuur en de wouden als getuigen van de menselijke geschiedenis. Voor de bomen zijn er geen geheimen: ze waren aanwezig en ze hebben alles gezien. Als die man op het toneel de taal van de bomen zou beginnen te ontcijferen, kan hij misschien begrijpen wat er echt gebeurd is. De informatie die van de bomen komt – waarvan hij flarden opvangt - zou vorm krijgen via onze interviews met de dorpsbewoners in de buurt van Ozjorsk.

Dominique Pauwels: Voor dit nieuwe stuk kiezen we ervoor de wereld van het documentaire theater te verlaten, die uitgesproken aanwezig was in de eerste twee voorstellingen van de Ghost Road-reeks.

De werkwijze is wel dezelfde: we zijn naar Rusland gereisd en we hebben er interviews afgenomen van mensen die een of andere band hadden met de ramp van 1957 of met de gesloten stad. Maar die interviews zullen ten dienste staan van het verhaal dat op scène verteld wordt, in een dialoog met Josse de Pauw. Josse zal de rol spelen van bovengenoemde wetenschapper die de taal van de bomen wil ontcijferen. Om die taal theatraal te maken, zal ze grafisch uitgedrukt worden met motieven die via frequenties in het zand getekend worden.

 

Het zal dus een soort van monoloog zijn?

Fabrice Murgia: De twee vorige stukken behoren duidelijk tot het documentaire theater. Viviane De Muynck vertelde en riep een dromerige sfeer op door elementen van haar eigen leven te vermengen met haar reis, en je zag een documentaire video die we daar gedraaid hadden.

Hier willen we het videoscherm weghalen en ook de vierde wand die ontstaat door de aanwezigheid van de acteur/verteller. We zouden willen werken met een opstelling zoals die van een wetenschapper die commentaar geeft op de uitkomst van zijn onderzoek. Hij legt dat allemaal vast in de beslotenheid van zijn laboratorium en daarvan zal de toeschouwer getuige zijn, misschien via koptelefoons die we uitdelen aan alle toeschouwers. Ik zou graag een grote intimiteit in de zaal willen, met Josse die tegen zichzelf praat terwijl hij zijn ontdekkingen doet. Het wordt dus een vrij filmische benadering die ons het concept van het ‘geheim’ doet voelen door het gemompel en de monoloog, en eigenlijk via de volledige scenografie.

 

Kan je al iets zeggen over wat we concreet te zien zullen krijgen?

Fabrice Murgia: Daarvoor is het natuurlijk nog wat vroeg, maar er zijn al een aantal denkrichtingen. Sinds mijn regie van Sylvia heb ik het gevoel dat ik een stap vooruit heb gezet. Ik heb in die voorstelling verschillende narratieve vormen verkend en ik heb zin om nog andere wegen in te slaan, om nog andere manieren te vinden om verhalen op te bouwen en te vertellen.

In dit volgende stuk heb ik zin om de relatie tussen scène en zaal aan te pakken. Om een extreem intieme band te scheppen, haast op de huid van het hoofdpersonage. En dat niet enkel door de lichamelijke nabijheid, maar ook via de andere zintuigen. Het gehoor, bijvoorbeeld: Josse horen ademen alsof we in zijn hoofd aanwezig zijn. Of door de opbouw van het verhaal, omdat het ons bereikt in flarden die ‘echt’ lijken, want in de video's zijn ‘echte mensen’ aan het woord, maar toch blijven die fragmenten cryptisch en mysterieus, en je vraagt je tot op het einde af in welke mate ze waar zijn. Voor ons komt het erop aan het publiek te overhalen om samen met de wetenschapper op zoek te gaan, om een onderscheid te maken tussen wat waar is en wat niet…

 

Zullen de interviews de enige documentaire bronnen zijn?

Fabrice Murgia: Ik denk dat we ook archiefbeelden zullen gebruiken: sommige ervan zijn verschrikkelijk, van de soort die zich in het collectief onbewuste grift.

 

Mogen we dan een vormgeving verwachten die lichtjes ‘vintage’ is?

Fabrice Murgia: Russische vintage? Waarom ook niet ?

 

Woorden opgetekend door Cécile Michel
Op 8 mei 2019

 

 

La Mémoire des arbres / Fabrice Murgia, Dominique Pauwels / interview

© Gloria Scorier